De regels om te mogen vissen in de Nederlandse binnenwateren staan in de Visserijwet. Kort gezegd komt het erop neer dat je een schriftelijke toestemming bij je moet hebben om te mogen vissen. In de meeste gevallen is dat een VISpas in combinatie met een Lijst van Viswateren. Als een water in de lijst staat, dan mag je er vissen anders niet. Het is aan de sportvisser om aan te tonen of die ergens mag vissen.
De wateren die in de Lijst van Viswateren staan, zijn ingebracht door visrechthebbende federaties en verenigingen. Visrechten zijn, op een enkele uitzondering na, verbonden aan de ondergrond. Als je eigenaar bent van de ondergrond, dan ben je ook rechthebbende het visrecht. Dat visrecht kan worden verhuurd. Wat ook gebeurt, veelal aan hengelsportverenigingen. Je kunt je dus voorstellen dat de visrechten, net als bij grondeigendom, enorm versnipperd zijn. Voor elk stukje water een andere visrechthebbende.
Het streven van Sportvisserij Nederland is om zoveel mogelijk viswater beschikbaar te krijgen voor de aangesloten sportvissers. In grote lijnen hebben de verenigingen en federaties van Sportvisserij Nederland de visrechten van 95% van alle binnenwateren. Ongeveer 85% van al het binnenwater is opgenomen in de Landelijke Lijst van Viswateren.
We proberen dan ook om de Landelijke Lijst zo dik mogelijk te maken… Want als eenmaal zo goed als al het water erin staat, dan kun je de landelijke lijst ook laten vervallen en achterop de VISpas zetten in welke paar wateren je niet terecht kan. Met de invoering van de VISpas is extra ingezet om meer water beschikbaar te krijgen. Dat is ook gelukt. Tientallen wateren zijn erbij gekomen. In de afgelopen jaren zijn er weer wateren bijgekomen, deze staan in de aanvullingslijsten.
Als je de situatie in Nederland vergelijkt met het buitenland dan hebben we hier het geluk dat enorm veel wateren worden uitgewisseld. In Duitsland heb je voor elk stukje beek weer een andere vergunning nodig, die daarbij soms per dag nog meer kost dan de VISpas (voor een heel jaar). Het gras is niet altijd groener bij de buren.
De sleutel om te komen tot een landelijk dekkende VISpas ligt bij de visrechthebbenden. Veelal de visvereniging, waar u lid van bent. En als leden kunt u bepalen wat de verenigingen doen. Als die verenigingen allemaal zeggen; ‘wij brengen onze wateren in’. Dan hebben we bereikt wat eigenlijk alle sportvissers willen: één document, overal vissen.
Naast de VISpas is voor sportvissers die van meerdere verenigingen lid zijn, de extra VISpas ingevoerd. Voor die tweede, derde etc. (extra) VISpas hoef je geen landelijke afdracht te betalen. Daarmee wordt het een stuk goedkoper. Zo zijn sommigen bijvoorbeeld lid van drie verenigingen. Bij de eerste vereniging betaal je bijvoorbeeld €35, bij de tweede en derde ongeveer €15.
Uit bovenstaande tekst blijkt dat het allemaal niet zo gemakkelijk is. Het mogen vissen is niet zo vanzelfsprekend als de meeste sportvissers denken. Sportvisserij Nederland probeert binnen de mogelijkheden die zij heeft, en de wettelijke kaders, het allemaal zo goed mogelijk te regelen. Waarbij de VISpas en Lijst van Viswateren momenteel de minst slechte oplossing is.