GAANDEREN - Het bestuur van hengelsportvereniging De Oude IJssel had in 1934 een vooruitziende blik.
Ze waren de eerste in de regio, snel daarna volgden meer verenigingen die zich inzetten voor de hengelaar. Op 24 januari viert de vereniging het 75-jarig bestaan. Kort na de oprichting bedroeg de contributie achttien cent, en die werd opgehaald door een bode. In 1936 had de visvereniging ook een eigen toneelvereniging en eigen clubliederen. Bovendien kreeg De Oude IJssel in datzelfde jaar een eigen vaandeldrager, toen het vaandel in gebruik werd genomen.
Na de oorlog werden, tegenwoordig ondenkbaar, wedstrijden gehouden met zevenhonderd deelnemers.
De eisen waren minder streng, en de deelnemers kwamen van ver. In 1958 nam de club het initiatief om met de zusterverenigingen langs de Oude IJssel het pootvisfonds op te richten, samen met De Rietvoorn uit Doetinchem en De Karper uit Oosseld.
Dertig jaar geleden had de vereniging nog zo'n tachtig leden uit Limburg, omdat de Oude IJssel toen bekend stond als een water waar met hennep veel voorns gevangen konden worden. Op z'n top had de club vijfhonderd leden, nu zijn het er driehonderd. Ook al omdat Varsseveld een eigen vereniging kreeg.
Het overgrote deel van de vissers vist nu puur voor de rust en de ontspanning. Waarbroek, al jarenlang wao-er, is lyrisch over zijn hobby.
"Het is een prima geneesmiddel voor velen. De visserij heeft mij zover gebracht, dat ik weer actief ben geworden sinds mijn ziekte", zei hij daar bij het 60-jarig jubileum al over. Daar is weinig in veranderd: Waarbroek is na bijna 24 jaar nog steeds voorzitter, en stelt zich in maart opnieuw beschikbaar. Met plezier.